We kennen allemaal wel de Sfinxen, piramides en farao’s van het Oude Egypte, maar wie kent het ooit zo machtige rijk Nubië? Ik tenminste nog niet… Tot ik naar het Drents Museum ging!
De naam ‘Drents Museum’ doet misschien wat kneuterig aan, maar onderschat hun historische-archeologische tentoonstellingen over oude beschavingen van over de hele wereld niet. Blijkbaar hebben ze ook nog eens een voorkeur voor beschavingen die niet algemeen bekend zijn. Met die tentoonstellingen doen ze absoluut niet onder voor het Rijksmuseum voor Oudheden in Leiden.
Nubië, huh, wat?
Nubië was een rijk in Afrika, grenzend aan het Oude Egypte, ongeveer waar nu Soedan ligt. Nubië bestond vanaf ongeveer 2400 voor Christus tot ongeveer 350 na Christus. Waarom het rijk toen verdwenen is, weet niemand. Voor Nubië was de rivier de Nijl heel belangrijk, zowel voor handel als voor het dagelijks voedsel. Het rijk was rond 760 voor Christus zo machtig, dat ze zelfs Egypte overnamen en Nubische farao’s (de zogenaamde zwarte farao’s) voor een paar honderd jaar over Egypte geregeerd hebben. Het is dan ook niet gek dat je veel van de Egyptische cultuur terug ziet in deze tentoonstelling over Nubië.

“Nubië. Land van de zwarte farao’s”
In het Drents Museum kun je nu allemaal voorwerpen zien uit dit machtige rijk die na archeologisch onderzoek zijn gevonden. Het interessantste vond ik de minuscule, maar mega gedetailleerde amuletten. Het zijn platte goudklompjes die meestal niet groter zijn dan een vingerkootje, maar een ontzettend gedetailleerde afbeelding hebben. Ze stellen meestal een god voor en werden dan ook gebruikt ter aanbidding van die god. Niet alleen de details zijn zo opmerkelijk, maar ook de goede staat waarin ze verkeren. Ze glanzen meer dan mijn eigen sieraden.
Veel van de goden die je op de amuletten ziet, zijn Egyptische goden. Ook bouwden de Nubiërs piramides en tempels zoals de Egyptenaren, die je op grote schermen geprojecteerd in de ruimte ziet. Hierdoor waan je je in het woestijnlandschap van wat ooit Nubië heette. De Nubiërs deden aan mummificeren en ook de grafbeeldjes die de archeologen hebben gevonden lijken veel op die van de leeggeroofde Egyptische graven. Alleen wilden de Nubiërs er meer dan de Egyptenaren. Bigger and better! Zo zie je maar weer hoe vloeibaar cultuur is…

Dat leegroven is niet iets van de moderne tijd trouwens, dat deden de Nubiërs ook al bij Egyptische tempels.
Het blijft wel Drenthe
Terwijl ik vol ontzag de ruim 300 voorwerpen bestudeer en me verwonder over de schittering van het goud, de afgebeelde goden en de bijbehorende verhalen, hoor ik naast mij een vrouwelijke kraakstem zeggen: “Och ja, zo’n olielampje heb ik ook nog gehad. Ja, niet met die versierings hoor, was wel wat aans. Maar leek er wel op. Waar heb ik die eigenlijk?”. Tja, het blijft wel Drenthe natuurlijk.


(Mensen)offers
Niet vreemd voor de oudheid, maar toch word ik er altijd een beetje misselijk van: offers. Rond een grafbed liggen menselijke botten en skeletten. In dit geval gelukkig geen echte, maar blijkbaar was het nodig om honderden mensen en dieren te offeren tijdens een begrafenis van een koning of ander machtig persoon. Ik ben zo blij dat we dat niet meer doen, maar ergens wekt het ook wel mijn interesse (sorry).
Gaan!
Tot zo ver dit mini geschiedenislesje van Leonie. De tentoonstelling “Nubië. Land van de zwarte farao’s” is nog t/m 5 mei 2019 te zien in het Drents Museum in Assen. Mooie objecten, mooie verhalen en een mooie grootte. Gaan dus! Voor meer informatie, check: www.drentsmuseum.nl
Mijn reis naar Nubië heel professioneel vastgelegd in Paint. Misschien had ik tijd over…
WOW!!!
LikeLike